Ammoniak en stikstof
De landbouw stoot stikstof uit, vooral in de vorm van ammoniak. Stikstof is bovendien een bouwsteen voor de groei van planten. Een te veel aan stikstof is schadelijk voor bepaalde plantensoorten die juist voedselarme omstandigheden nodig hebben. LTO Nederland vindt dat er per gebied een goede balans tussen natuur, wonen, infrastructuur en landbouw moet worden gevonden.
Stikstofslot
De landbouw heeft de ammoniakuitstoot sinds 1990 al met ruim 65% teruggebracht, een indrukwekkende prestatie van een sector die wereldwijd leidend is. Toch is er in veel Natura2000-gebieden een stikstofoverschot. Daarom was vanaf 2015 het Programma Aanpak Stikstof (PAS) van kracht, gericht op minder stikstof, sterkere natuur en economische ontwikkeling. Op 29 mei 2019 heeft de Raad van State geoordeeld dat het PAS niet als basis voor toestemming voor activiteiten mag worden gebruikt.
De uitspraak heeft verstrekkende gevolgen voor boeren en tuinders. Honderden vergunningen waartegen beroep was ingesteld zijn of worden vernietigd, ruim 3000 meldingen voor kleine emissies zijn niet meer geldig, en een onbekend aantal bedrijven wordt getroffen door het wegvallen van de drempelwaarde. In totaal zijn in Nederland zo’n 18.000 projecten, van woningbouw tot infrastructuur en mkb tot industrie, stil komen te liggen.
Het kabinet heeft een adviescollege Stikstofproblematiek, onder leiding van Johan Remkes, ingesteld om oplossingen voor de korte en lange termijn te zoeken.
Oplossingen
LTO Nederland heeft het adviescollege drie oplossingsrichtingen voor de korte termijn aangeboden:
- inzet op minder stikstofemissies door alle betrokken sectoren, inclusief de veehouderij;
- maatwerk per gebied om kwetsbare natuur te beschermen;
- een realistische en veilige drempelwaarde voor verwaarloosbare stikstofuitstoot.
Op de langere termijn moet worden gekeken wat het aantal, de ligging en de natuurdoeltypen van Natura2000-gebieden betekent voor economische en andere maatschappelijke activiteiten waarbij ammoniak en andere stikstofverbindingen vrijkomen. Een kritische blik hierop betekent uitdrukkelijk niet dat LTO Nederland pleit voor minder natuur. Boeren en tuinders werken in en met de natuur, en zijn als beheerders van het platteland nauw betrokken bij natuuronderhoud en -herstel.
Verdeeldheid en onduidelijkheid
Het op 25 september gepubliceerde het adviescollege biedt voor de korte termijn geen oplossingen voor de stikstofimpasse. Een generieke en gedwongen krimp is volgens het advies niet aan de orde, zoals ook LTO Nederland steeds heeft bepleit. Ook het kabinet, dat op 4 oktober haar plan presenteerde, gaat hier niet toe over. In plaats daarvan kondigde minister Schouten een warme saneringsregeling aan, waarmee boeren in de omgeving van Natura 2000-gebieden die willen stoppen geholpen worden. De kabinetsplannen laten echter onduidelijkheid bestaan over de koppeling van dierrechten en ammoniak en de inname van vergunde ammoniakruimte. Voor LTO Nederland is dat een onacceptabele inbreuk op het eigendomsrecht.
Het debat over de stikstofproblematiek op 17 oktober in de Tweede Kamer heeft hier geen duidelijkheid over verschaft en legde de grote verdeeldheid in de politiek bloot. Wel is duidelijk dat de door LTO bepleitte uitbreiding van de meet- en monitoringmethodiek op een meerderheid in de Tweede Kamer kan rekenen. Ook een gebiedsgerichte aanpak en het voorkomen van een generieke gedwongen krimp worden omarmd.
Over het instellen van een drempelwaarde is bij de Raad van State om advies gevraagd. Haast is geboden om snel een drempelwaarde vast te stellen. Duizenden veehouderijbedrijven hebben zorgen over vergunningen en ruimte die zij krijgen om toekomstbestendig door te ontwikkelen. Zij kunnen er nog steeds niet op rekenen dat zij snel een vergunning krijgen. Ook voor beweiden en bemesten zijn nog geen praktische oplossingen geboden.
Hoe nu verder?
Na de door LTO georganiseerde protesten heeft een aantal provinciebesturen de eerder voorgestelde vergaande maatregelen gelukkig opgeschort. LTO blijft het gesprek aangaan met de provincies aan om voor de boeren tot werkbare en concrete oplossingen te komen.
LTO maant de politiek om zo snel mogelijk een veilige en realistische drempelwaarde in te voeren, maar om geen overhaaste maatregelen met verregaande gevolgen voor de lange termijn te nemen. De minister heeft aangekondigd om voor 1 december samen met het IPO meer duidelijkheid te verschaffen. Ook de sector moet hierin betrokken en serieus genomen worden. LTO Nederland blijft namens haar achterban het gesprek met het beleidsmakers, politici en de maatschappij aangaan.