Sterk ondernemerschap

Boeren en tuinders zijn ondernemers. Goede ondernemers willen ruimte. Ruimte om te innoveren, nieuwe mogelijkheden te onderzoeken en kansen te pakken. Tegelijkertijd kijken ze in de beste Nederlandse traditie altijd om zich heen, zoeken naar verbinding en houden rekening met mens en omgeving. Dat levert klinkende resultaten op. De land- en tuinbouwsector is de derde economische pijler van het land. Waar geld wordt verdiend, belasting wordt betaald en mensen aan het werk zijn.

Als werkgeversorganisatie zetten we ons namens de primaire sector in voor het versterken en toekomstbestendig houden van het ondernemerschap. We scheppen de randvoorwaarden waarbinnen de diverse groep ondernemers binnen de Nederlandse land- en tuinbouw haar werk kan doen en verdienvermogen creëert.

Meer weten? Lees hier de volledige Toekomstvisie van LTO.

De komende jaren willen we ons inzetten voor:

1. Versterken bedrijfsfinanciering en bedrijfsovername

Het adequaat financieren van agrarische bedrijven wordt in toenemende mate lastig, evenals het overnemen van een bedrijf door de volgende generatie. In toenemende mate zullen bedrijven ook overgenomen worden door niet eigen kinderen en anderen. Overname is complex omdat het vaak een proces is tussen ouders en kinderen waarbij het privéleven en de zakelijke belangen op een complexe manier door elkaar lopen. Objectieve en onafhankelijke begeleiding is daarin cruciaal. Ook is het noodzakelijk dat bestaande en fiscale regelingen gericht op stimulering van bedrijfsovername passend zijn en blijven voor agrarische bedrijfsovername.

2. Versnellingsagenda voor data, digitalisering en robotisering

De komende jaren neemt de impact van data, digitalisering en robotisering sterk toe. Verschillende marktpartijen zijn volop bezig met het ontwikkelen van algoritmes waarin belangrijke kennis wordt ontwikkeld en toegepast op het gebied van agrarische productie, toepassing van robots en kansen voor verwaarding

3. Goed werkgeverschap

De land- en tuinbouwsector is in 2030 nog altijd een belangrijke werkgever. Goede moderne arbeidsvoorwaarden en gezond, veilig en duurzaam werk vormen de basis waarop het werkgeverschap in de land- en tuinbouw is gebaseerd. De werkgelegenheid in onze sectoren neemt nog steeds toe wat inzet vereist van LTO en van iedere werkgever op gebied van bijvoorbeeld scholing, ontwikkeling van werkgevers en werknemers en goede arbeidsomstandigheden. De beschikbaarheid van voldoende gemotiveerde, gekwalificeerde werknemers blijft echter een uitdaging in een arbeidsmarkt die door vergrijzing en economische groei steeds krapper wordt. Goed, maar ook concurrerend werkgeverschap is daarin cruciaal. Een groot aantal sectoren doet een beroep op de toch al schaarse arbeidskrachten in Nederland en in Europa. Gezien het mondiale karakter van een deel van de agrarische arbeidsmarkt, moet ook rekening worden gehouden met arbeidsvoorwaarden die andere landen bieden. Het is primair aan werkgevers om aantrekkelijk werkgever te blijven en goed werkgeverschap te tonen. De overheid daarentegen zal zich ervoor moeten inzetten dat er op Europees niveau een gelijk speelveld is voor werkgevers. Op die manier kunnen werkgevers met elkaar concurreren op andere elementen dan arbeidsvoorwaarden. Een Europees minimumloon is gunstig voor zowel werknemers als werkgevers.

4. Vitaal groen onderwijs

De agrarische sector heeft voortdurend instroom van werkenden, zowel ondernemers als werknemers, nodig. De instroom moet zowel kwalitatief als kwantitatief op orde zijn. We investeren daarom met het onderwijs en met onze ondernemers in verbindend onderwijs en in een leven lang ontwikkelen. Uitgeleerd ben je als ondernemer of als werknemer nooit. Het groene onderwijs kan een belangrijke rol gaan vervullen in het leven lang leren voor oud-studenten. Door middel van voorlichting en advies stimuleren scholingsconsulenten de leercultuur op bedrijven. De sector moet daarom beschikken over voldoende aanbod van leer- en onderwijsmodules. Dit kan in de vorm van branche opleidingen. En dat voor elk niveau en voor elk carrièrepad.

5. Versterking ondernemerschap en professionaliteit

Agrarische ondernemers zijn hard werkende ondernemers die voor eigen rekening en risico hun bedrijf ontwikkelen, vaak met forse financiële risico’s en een grote verantwoordelijkheid om zorgvuldig om te gaan met planten, dieren, bodem, water, natuur, landschap en nabuurschap. Het agrarisch ondernemen ligt onder een vergrootglas en nadrukkelijk worden agrarische ondernemers aangesproken op hun professioneel ondernemerschap. De vele eisen, regels maar ook verwachtingen vragen om meer professionaliteit in het ondernemerschap en zeker ook meer diversiteit. De positie van vrouwen in de agrarische sector mag nog beter belicht en versterkt worden

6. Adequaat en ondersteunend innovatie- en kennisbeleid

Een van de focuspunten van LTO is investeren in data, datascience en bijbehorende faciliterende structuren zodat boeren en tuinders optimaal in de gelegenheid worden gesteld hun bedrijfsvoering op een goede manier in te richten. Aan dit aspect zal LTO meer focus en aandacht besteden. Een stimulerend kennis- en innovatieklimaat is een essentiële randvoorwaarde voor sterk ondernemerschap. Behoud van een sterke marktpositie en realisatie van maatschappelijke opgaven zijn afhankelijk van het vermogen van boeren en tuinders om voortdurend te blijven doorontwikkelen. Om hiertoe in staat te zijn moeten zij toegang hebben tot de juiste kennis en de ruimte krijgen om te leren & experimenteren.

Gerelateerd nieuws

Abonneren via RSS